17e-eeuwse Nederlandse schilderkunst & postzegelvormgeving - Postzegelblog

17e-eeuwse Nederlandse schilderkunst & postzegelvormgeving

0

In 1999 heb ik naar aanleiding van de uitgifte van de ‘17e-eeuwse Nederlandse schilderkunst ’(ontwerper Piet Gerards [nvph 1826/35]) de uitgave ‘Schilderijpostzegels informatief nader aangekaart’ van de Vereniging voor Kinderzegels en Maximafilie samengesteld met medewerking van grafisch ontwerper Piet Gerards en PTT-ontwerpbegeleider Ferdie J. Sieben. De uitgave is vormgegeven door Henk Salet. Onderstaande tekst is aan de uitgave ontleend.

Postzegel-beeldtaal

De ouderwets aandoende, staande uitdrukking ‘Ter leering ende vermaeck’ gebruik ik met opzet, omdat talloos veel regels, richtlijnen, opvattingen en constateringen over / uit de 17e-eeuwse schilderkunst tegenwoordig nog steeds deels geldig zijn en gebruikt worden bij de samenstelling en vormgeving van de Nederlandse postzegels.

Tien uit de kunst - 1999

In tegenstelling met het buitenland wordt in de Nederlandse postzegel een boodschap op weinig opvallende wijze via een ingenieus creatieve ontwerpmethode met behulp van onzichtbare [hulp]lijnen en driehoekscomposities verwerkt. Zodra ‘weet-hebben-van’ en/of ‘zicht-krijgen-op’ aanwezig is, is de postzegel geen inhoudsloze plaatjes-postzegel meer, maar een ‘postzegel-met-zeggingskracht’.

Spreektaal – beeldtaal: woordspelingen – beeldspelingen

In de spreektaal komen termen als bijvoorbeeld [a] gevatte opmerking, [b] welsprekend, [c] humor, [d] ironie, [e] beeldspraak voor. Met deze creatieve woordspelingen kan op treffend aansprekende en originele wijze gecommuniceerd worden.
In de beeldtaal is met beeldspelingen feitelijk hetzelfde mogelijk. Helaas is er in het [teken]onderwijs weinig of totaal geen aandacht aan dit facet besteed.

Met andere woorden we hebben het onderwijs als ‘beeld-technische-analfabeten’ verlaten, waardoor het ‘lezen-van-de-vormgeving-s-taal-van-een-postzegel’ ook bijzonder problematisch is geworden. Daardoor is ook onbekend dat alle afbeeldingen slechts verwijzende vergelijkingen zijn van, of toespelingen zijn op de realistische werkelijkheid. ‘t Zijn slechts flauwe aftreksels ervan waar vooral het verstand bij betrokken is.
Naast de realistische werkelijkheid bestaat er ook nog een abstracte, niet tastbare werkelijkheid als bijvoorbeeld geluk, rijkdom en groei om te verbeelden (laten lijken op, voorstellen, personificeren). Bij deze uitvoering wordt vooral een beroep gedaan op het gevoelsleven van de ontwerper.

Oorzaak & gevolg

Bij gebrek aan onderbouwde woorden bij de beoordeling van een postzegelafbeelding komt men met weinig vleiende op- en aanmerkingen met het onvermogen in aanraking. Opmerkelijk hierbij is het feit dat veel postzegelverzamelaars wel over een goed onderbouwde woordenschat over voetbal beschikken.
Bij deze teamsport is echter gelijk als bij een postzegelontwerp sprake van vlakverdeling / -opstelling van vormen en veldverdeling / -opstelling van voetballers. Bij beide items spelen (hulp)lijnen in combinatie met techniek en tactiek een belangrijke rol. Reden en oorzaak van het verschil?
De gemeenschappelijke sport-pers geeft gevarieerde, gestructureerde en inzichtelijke voorlichting en informatie. De filatelistische pers daarentegen schenkt inhoudelijk er totaal geen aandacht aan. Daarmee is de postzegel inhoudelijk voor filatelisten een gesloten boek geworden.

Jacob Isaäckz. van Ruisdael (1628/29 – 1682)
Gezicht op Haarlem (1670/75), olieverf op doek, 62,2 x55,2 cm, Kunsthaus Zürich

Het witte en reine linnen werd in de tijd van Ruisdael geassocieerd met de kuise zeden van de heiligen. Alleen wie een deugdzaam en bescheiden leven leidt, wordt opgenomen in de hemel. Deze christelijke (en voor ons verborgen) levensregel was destijds van een landschap of stadsgezicht af te lezen.
Het spelen met licht en donker geeft niet alleen diepte en ruimte aan het landschap (met enkele werkende personen, die overigens in de natuur opgaan), maar ook sfeer. De vliegende vogels tegen de turbulente en dreigende wolken maken de ruimte nog meer zichtbaar / tastbaar aanwezig.
De Nederlandse landschapsschilders gaan de horizon verlagen tot vaak onder het midden van het schilderij om daarmee veel aandacht te kunnen geven aan de weide luchten.
In de 17e eeuw ontdekten de Nederlandse landschapsschilders dat de kleur naar de verte toe onder invloed van de waterdamp in de atmosfeer, in lichtkracht en intensiteit afneemt. Het eindeloze en onbegrensde van de ruimte suggereert Ruisdael door een geleidelijke waardevermindering van de lokale kleur (luchtperspectief).
De evenwijdige lijnen aan de basis suggereren rust, terwijl de diagonale lijnen in wolkenlucht levendigheid, leven en dynamiek aangeven. Deze landschapsschildering suggereerde voor de gelovigen in de 17e eeuw de goddelijke kracht afkomstig uit hogere sferen in overdrachtelijk allegorische zin.

Adriaen Coorte (1665 – 1707)
Kruisbessen (1701),olieverf op doek, 29,5 x 23 cm, Cleveland Museum of Art in Cleveland

Van de 17e-eeuwse stillevenschilder Coorte uit Middelburg is weinig bekend, maar van zijn schilderijen (over de honderd stuks) des temeer. Op dit schilderij ligt de verbluffende schoonheid van een takje met kruisbessen en enkele bladeren op een massief stenen tafel. Het geheel is in een asymmetrische driehoeksopstelling voor een ondefinieerbare, donkere achtergrond geplaatst. Op de dikte van de tafel (met voeg) is de naam van de schilder met het jaartal 1701 omgeven door een sierlijke S-vormige krul geplaatst. Het sober gekleurde geheel wordt van links boven helder verlicht. Door aantrekkelijke lichteffecten komen de bladeren ruimt lijk naar voren.
Coorte laat de transparant doorschijnende, rijpe bessen niet als ‘eetwaar’, maar als ‘tijdloos gegroeide natuurschatten’ van de levende kosmos zien. Daarbij verliest hij het detail bepaald niet uit het oog. De fijn vertakte nerfstructuur, de getande bladranden en de door ongedierte aangetaste bladeren krijgen alle denkbare aandacht. Met engelen geduld, concentratie en liefde is op een verbluffende wijze met een fijn penseel een alledaagse werkelijkheid vastgelegd.
De ‘plezier-beleving’ in rijpe kruisbessen is meestal van korte duur. Een dergelijk schilderij is een poging om alles wat voorbij zal gaan, het tijdelijke leven, vast te houden. Dit schilderij verwijst via de allegorische vergelijking naar het kortstondige bestaan en de vergankelijkheid van ons aardse bestaan.

Hendrick Terbrugghen (1588 – 1629)
Heilige Sebastiaan verzorgd door Irene, olieverf op doek, 150 x 121, Oberlin, Allen Memorial Art Museum

Hendrick Terbrugghen heeft zijn opleiding heeft zijn opleiding als z.g. Rome-ganger in Italië o.a. van Caravaggio ontvangen. Hij ontleende veel aan deze schilder o.a. de tegenstelling licht-donker (clair-obscur) in combinatie met de dramatische spanning in religieuze onderwerpen.
De schilder geeft het dramatische in een religieus moment weer. De heilige Irene (boven de nek van de martelaar) haalt behoedzaam de pijlen uit het verstijfde en neergezegen lichaam van de martelaar. Haar helpster op de achtergrond peutert de riem los, waarmee de voorover gebogen martelaar aan een boom of schandpaal is vastgeknoopt. Hij was het slachtoffer geworden van de christenvervolgingen onder keizer Diocletianus.
Terbrugghen heeft de gebeurtenis in een diagonale driehoekscompositie van rechtsonder naar linksboven uitgewerkt. Daarbij zijn de drie hoofden en armen dicht naast elkaar geplaatst. De martelaar plaatst hij als een grote half-figuur dominerend vooraan in het beeldvlak. De ‘gewild dramatisch gedraaide’ personen, waarvan enkele delen door een niet zichtbare lichtbron sterk worden belicht en andere delen onderbelicht (in de schaduw vallen), staan voor een helder oplichtende achtergrond. De schuin geplaatste evenwijdige linksonder geven aan de basis van de compositie nog enige rust en overzichtelijkheid.

Judith Leyster (1609 – 1660)
Zelfportret (1635) olieverf op doek, 72,3 x 65,3 cm, National Gallery of Art, Washington


De vrouwelijke schilder Judith Leyster (leerling van Frans Hals; zij bezit een gelijksoortige, vlotte streek en luchthartige zwierigheid) zit als een welgestelde dame uit de burgerij met een lachend gezicht (met de nodige nuances en verfijningen geschilderd) op een stoel voor een schildersezel. Met daarop een schilderij van een vrolijke vioolspeler, die schetsmatig met grote verfstreken is opgezet.
In haar hand houdt ze een palet en een verzameling penselen vast. Voor elke kleur heeft ze een andere penseel nodig als kenmerk van bedrevenheid in haar vak). Voor grof en fijn schilderen bestaan verschillende kwasten.
De kraag en manchetten van fijn linnen en kant zijn prachtig geschilderd. Rose-paars schemert door het wit heen. De rok heeft dikke plooien, die met wit en licht roze in de natte rode verf zijn aangebracht.
Opvallende karakteristiek van Leyster is het geamuseerd lachende. De half geopende mond verlevendigt dit innemende zelfportret. Schilderende vrouwen waren in die tijd een hoge uitzondering.
Dit zelfportret is ook in een driehoekscompositie opgesteld (niet aangegeven) met talrijk andere hulplijnen (ook die zijn niet aangegeven), maar met gemak zijn te ontdekken. In een structuur van onzichtbare [hulp]lijnen zijn op een harmonisch evenwichtige wijze talrijke schilderijen in de 17e eeuw ontstaan.

Aanvullende informatie: eerdere artikelen

Aan vier schilderijpostzegels uit deze emissie heb ik eerder aandacht geschonken:

1) Rembrandt: Danaë

NVPH 1835 - Rembrandt

 

Rembrandt: Danaë, schoonste onder zoetwaternimfen.

23 augustus 2020

 

NVPH 1835 - Rembrandt

 

Beeldverhaal van kus tot conceptie op postzegels (2).  Deelhoofdstuk ‘Deel 2: beeldverhaal kus tot conceptie /Pikante Danaë uit Griekse mythologie’

9 april 2023.

 

2) Rembrandt: Het Joodse bruidje

NVPH 1836 - Het Joodse bruidje

 

Beeldverhaal van kus tot conceptie op postzegels (2).  Deelhoofdstuk ‘Het Joodse bruidje’

9 april 2023.

 

3) Fabritius: Het puttertje

NVPH 1826 - Carel Fabritius - Het puttertje

 

Overgang donker – licht: Puttertje-postzegel

14 april 2019.

 

NVPH 1826 - Carel Fabritius

 

‘Leesrichtingen’ postzegelvellen met accent op dat van Fabritius

2 februari 2020.

 

4) Jan Steen: In weelde siet toe


Erwin Olaf: 40 jaar fotografie – een brug tussen fotografie en schilderkunst. Deelhoofdstuk ‘Schilderij ‘In weelde siet toe’ (1663) van Jan Steen (1626 – 1663)’

16 juni 2019.

 

 

 

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Historisch Nederland Nederland Schilderkunst



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (Breng als eerste je stem uit.)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Bate Hylkema schrijft vanaf 1980 artikelen over filatelie en woont in het Friese Beetsterzwaag.

Reacties (0)

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)