Postzegelvel Beleef de natuur – reptielen & amfibieën: uitgiftedatum 2 januari 2018

Beleef de natuur verzamelmap

De uitgiftedata van de resterende postzegelvellen met elk tien verschillende afbeeldingen zijn:

• 9 april 2018 voorjaar met veldbloemen
• 4 juni 2018 zomer met insecten
• 17 september 2018 najaar met paddenstoelen

De foto’s van deze reeks postzegels zijn afkomstig van het fotoproductiebedrijf PIXFACTORY.

Beleef de natuur – reptielen en amfibieën: bovenste deel

1.  Levendbarende hagedis

De levend barende hagedis bezit een relatief lange staart (twee keer de lengte van kop en romp), korte poten, dikke nek en een korte, stompe kop.

Postzegeltekst: Biologerend dat kronkelende stuk staart van de levendbarende hagedis (zootoca vivipara), maar zonder staart ontsnapt hij wel (reptiel).

2. Rugstreeppad

De rugstreeppad bezit een geelachtige lengtestreep op het midden van de rug en een zeer stompe kop met kleine ogen.

Postzegeltekst: De rugstreeppad (epidalea calamita) is een nachtbraker en een echte herrieschopper. Zijn kwaakkabaal hoor je van ver (amfibie).

3. Kamsalamander 

De kamsalamander is grootste salamander in ons land. Mannetjes zijn in het voorjaar / paartijd herkenbaar aan de indrukwekkende kam op rug en staart.

Postzegeltekst: De kam bij het mannetje van de kamsalamander (triturus cristatus) is als een vetkuif alleen te bewonderen tijdens de paartijd (amfibie).

4. Adder 

De adder met een lengte van ongeveer 60 centimeter is de enige giftige slang in ons land. Giftigheid wordt vaak overschat. De beet van een adder kan voor de mens wel gevaarlijk zijn.

Postzegeltekst: Goed dat de adder (vipera berus) vervaarlijk oogt. Zijn beet is giftig (reptiel).

5. Boomkikker 

De lengte van de boomkikker is ongeveer 5 centimeter. De kikker bezit een lichtgroene kleur op de rug met langwerpige kleurlijsten.

Postzegeltekst: Hij lijkt een groentje, maar dit grijpgrage boomkikkertje (hyla arborea) kan hoog in de boom opklimmen (amfibie).

Beleef de natuur – reptielen en amfibieën: onderste deel

6. Geelbuikvuurpad 

Op de rug van de geelbuikvuurpad is een opeenhoping van wratachtige huidklieren aanwezig, die der rug vochtig houdt. De buizijde vormt met de felgele tot oranje kleur een opvallende tegenstelling met de camouflagekleur van de rug.

Postzegeltekst: Elke geelbuikvuurpad (bombina variegata) heeft een uniek vlekkenpatroon. Een soort vingerafdruk, maar dan in kleur (amfibie).

7. Gladde slang 

De gladde slang heeft een glad uiterlijk met een vage zigzag tekening. Deze slang met ronde pupillen is slanker als de adder.

Postzegeltekst: De gladde slang (coronella austriaca) heeft een fantastisch camouflagepak . Voor je het weet is hij je ontglipt (reptiel).

8. Ringslang

De naam van de ringslang (met relatief grote ogen) hangt samen met de gele vlekken aan weerszijden van de hals, die aan de bovenzijde soms samenvloeien tot een ring.

Postzegeltekst: Bij gevaar geeft hij een spetterende show schijnaanvallen weg of de ringslang (natrix natrix) houdt zich gewoon dood (reptiel).

9. Heikikker

De heikikker (middel grote kikker ongeveer 8 cm) bezit een iets spitse snuit en een patroon van donkere vlekken op de flanken en een lichte buik.

Postzegeltekst: Veel heikikkers (rana arvalis) lopen in de paartijd een blauwtje. De mannetjes dan alleen zij krijgen een lilablauwe baltskleur (amfibie).

10. Knoflookpad

De plomp uitziende knoflookpad (ongeveer 8 cm groot) bezit opvallend uitpuilende ogen. Bij verstoring en gevaar scheidt het dier een secreet af dat licht naar knoflook ruikt.

Postzegeltekst: Een knoflookpad (pelobates fuscus) in nood gilt het uit en begint dan ook nog te zweten. Geen peentjes, maar knoflook (amfibie).

Habitat van reptiel en amfibie

Het leefgebied van reptielen bestaat over het algemeen uit ijle vegetatie. Ideale habitats zijn heide, overgangsgebieden tussen bos en heide en vervallen, overgroeide steenstapels en muurtjes.
Voor amfibieën zijn drie leefgebieden: de voortplantingshabitat in het water, de zomerhabitat waar de dieren zich voeden en beschutting vinden en de winterhabitat waar de dieren hun winterslaap houden.

Vormgeving postzegels

A. Natuurlijke omgeving

De reptielen en amfibieën zijn alle in hun natuurlijke omgeving afgebeeld. De foto’s lopen daarbij onmerkbaar over op de aangrenzende postzegel, waardoor er een natuurlijk contact tussen de dieren ontstaat. Het lijf van de gladde slang (zegel 7) lijkt in dat van de geelbuikvuurpad (zegel 6) door te lopen.

B. Het dynamische en organische van de natuur

De foto’s zijn gevat in een grafische laag van elkaar overlappende cirkels van verschillend formaat, die de grenzen van de perforatie doorbreken. Het cirkelpatroon zet zich in de vorm van kleine druppeltjes voort op de velrand en taps.
Door de combinaties van cirkels laat de ontwerper het dynamische en organische van de natuur terugkeren in het ontwerp. Ze vormen een soort gedachtewolken en versterken daarmee beweging en het associatieve.

C. Gelaagdheid 

Over de cirkels heen ligt een volgende laag van transparante afbeeldingen van een vuursalamander, een geelbuikvuurpad, een adder en drie gewone padden. Deze vier dieren zijn bijna abstract in monochrome tinten afgebeeld. Hiermee krijgt de structuur, de vorm en de diversiteit van de dieren de nadrukkelijke aandacht. Het versterkt het mysterieuze karakter van de natuur.
Deze gelaagdheid heeft voor ontwerper Janse ook te maken, waarop hij naar de natuur kijkt. Niet alleen gevoelsmatig en holistisch, maar ook met oog voor detail, als optelsom van alle zintuiglijke waarnemingen.

D. Typografie

Voor de typografie maakte ontwerper Frank Janse uit Gouda een eigen lettertype, dat uit minieme cirkeltjes is opgebouwd.

E. Kleuren

In de kleuren zijn de tinten van de sfeer en habitat van de dieren van het winterseizoen te vinden.

Beeld: PostNL en B. Hylkema

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
• Nederland • Nederland

Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

(5 stemmen, gemiddeld: 3,20 uit 5)

Laden...