De tramlijn op Guernsey - Postzegelblog

De tramlijn op Guernsey

0

De Guernsey Steam Tramway werd op het Kanaaleiland geopend op 6 juni 1879 met twee stoomtrams. Al op 20 februari 1892 was de gehele tramlijn geëlektrificeerd met omgebouwde oude en nieuw gebouwde trams. Doordat de tramlijn verliesgevend was werd de dienst overgenomen door bussen. De tramlijn werd op 9 juni 1934 opgeheven. Hoe verliep de geschiedenis van deze tramlijn?

De Guernsey Steam Tramway Company werd op 29 mei 1878 in Londen geregistreerd, de concessie was op 2 mei 1877 door de Staten van Guernsey verleend en bevestigd door een besluit van de Raad van 13 augustus 1877. De tramrails werden aangelegd vanaf het centrum van de hoofdstad Saint Peter Port naar Saint Sampson ten noorden van de stad. De tramlijn met een lengte van bijna 5 kilometer was enkelsporig en had verschillende passeerlussen. De eerste stoomtram van het type ‘Merryweather’ arriveerde op 4 juni 1879 en werd twee dagen later met een aangekoppeld rijtuig van fabrikant ‘Starbuck Car and Wagon Company Ltd’ op de lijn in gebruik genomen. De stoomtram ontving de naam ‘Shooting Star’. Vier weken later arriveerde het tweede exemplaar van dit type en is met aangekoppeld rijtuig afgebeeld op de postzegel van 6p uitgegeven op 7 augustus 1979. Ook deze stoomtram had een naam: ‘Sampson’ en kreeg volgnummer 2.

© Guernsey Press

De stoomtram is afgebeeld op een krantenfoto uit 1900 gepubliceerd door ‘Guernsey Press’. Het is niet duidelijk welke stoomtram dit was omdat vanaf 1879 tot en met 1890 nog zes exemplaren in gebruik waren genomen met de daarbij behorende zes overdekte rijtuigen en enkele open wagons. De tramlijn werd aangelegd langs de kust op de Castle Walk, tot Hougue à la Perre en later via de Bulwer Avenue doorgetrokken tot ‘The Bridge’ in Saint Sampson.

Stoomtram nummer 2 met aangekoppelde rijtuigen is voor de tweede keer afgebeeld op de postzegel van 33p uitgegeven op 17 november 1992. De Guernsey Steam Tramway Company beschikte over open en gesloten passagierswagons. De gesloten wagons waren voor reizigers 1ste klas en de open wagons voor de 2de klas reizigers. Op de postzegel is nog net een deel van de open wagon te zien achter het gesloten rijtuig. De tramdienst werd voor het eerst uitgevoerd op 6 juni 1879.  Op de eerste twee dagen werden ongeveer tweeduizend passagiers vervoerd. De trams reden elk uur tussen de twee havens en deden 18 minuten over rit. De tarieven waren 3d voor eerste klas en 2d voor tweede klas. In 1885 was het aantal stoomtrams toegenomen tot zes exemplaren. Twee waren geleverd door Merryweather en vier door Hughes uit Loughborough.

De stoomtrams werden steeds minder populair vanwege het lawaai dat ze voortbrachten en de stinkende dampen uit de schoorsteen. In 1891 besloot de directie van de trammaatschappij om de tramlijn te elektrificeren. De opdracht ging naar Siemens die de bovenleidingen aanlegde. Nieuwe elektrisch voortbewogen trams werden aangeschaft bij ‘Falcon Engine and Car Works’ in Loughborough, Engeland. Met de elektrische diensten werd begonnen op 20 februari 1892. In 1898 werden de laatste stoomtrams uit de dienst genomen en verkocht. Op de prentkaart is een elektrische tram te zien achter het standbeeld van Prins Albert en voor het gebouwtje met pilaren dat nog steeds bestaat en thans gebruikt wordt door het reisbureau ‘Trafalgar Travel’. Dat was het eindpunt in Saint Peter Port. De prentkaart is uit 1908.

Een elektrische tram uit 1896 met tramnummer 8 is afgebeeld op de postzegel van 8p. Opvallend is dat de trap naar het bovenste passagiersgedeelte op alle trams naar de landzijde was gericht. Dit ten behoeve van de passagiers zodat ze gevrijwaard bleven van de sterke zeewind met opspattend zeewater als de tram vlak langs de kust reed.

© Dr. Hugh Nicol ‘The Railway Magazine’

De remise, ook wel depot genoemd, bevond zich in Hougue à la Perre en bestond uit twee loodsen met drie sporen met in de loodsen slakkenkuilen voor de afvoer van de as van kolen en sintels. Daarnaast bevonden zich een energiecentrale en enkele werkplaatsen, allemaal opgetrokken uit steen en baksteen. De elektriciteit werd opgewekt door middel van twee samengestelde stoommachines van elk 25 pk. Voor de opwekking was slechts één stoommachine nodig om voldoende vermogen te produceren, dus werden ze elke twee weken afwisselend gebruikt. Een Siemens ‘compound-wound dynamo’ was in staat om 100 ampère te produceren met een spanning van 500 volt. De stroom werd aan de elektrische trams geleverd door een koperen trolleydraad van 9 mm dikte. De twee loodsen worden nog steeds gebruikt en zijn nu het onderkomen van de ‘Island Coachways Ltd’ als werkplaats voor stadsbussen en een garagebedrijf. De weg is omgedoopt tot ‘Les Banques’. De foto is uit het magazine, ‘The Railway Magazine’, uitgegeven in juni 1934 bij de opheffing van de tramlijn. Alleen kleine delen van de rails zijn nog te vinden voor de ingang van rechter loods.

De postzegel toont elektrische tram nummer 10 voor de Hougue à la Perre aan de straat met de naam Le Grand Bouet. Gezien de op elkaar gedrongen passagiers op het bovenste gedeelte is voor de afbeelding geposeerd. De stroomafnemer is gemonteerd op een paal die bevestigd is aan de zijkant van de tram. De lange stroomafnemer zelf is op een draaibare kop gemonteerd. De doordeweekse dienstregeling gaf aan dat elke 10 minuten een tram vertrok vanaf het begin- en eindpunt. Zij konden elkaar via drie passeerlussen in het traject voorbij rijden.

 

De eerste tram vertrok om 6.20 uur uit Saint Sampson en kwam om 6.40 uur aan in de stad. Op zondag begon de dienstregeling om 13.30 uur. De bestuurders en conducteurs hadden één vrije dag op acht werkdagen. Gedurende vakanties en dagen dat voetbalwedstrijden plaatsvonden waren alle trams in gebruik. Tijdens de wedstrijd stonden de trams geparkeerd op een zijspoor bij Vale Road. De bemanningen waren blijkbaar vrij om de wedstrijden te zien. Op de prentkaart rond 1905 uitgegeven door het Camera Centre Guernsey is elektrische tram nummer 1 te zien bij de haven van Saint Sampson aan ‘The Bridge’. Boven afgebeelde prentkaart is een reproductie uitgegeven in 1980.

Deze tram is daarnaast afgebeeld op de postzegel van 28p op het eindpunt aan de haven van Saint Sampson. De afbeelding toont de trambestuurder en conducteur die duidelijk hebben geposeerd.

Guernsey is bekend om de teelt van tomaten, groenten en bloemen. Jaarlijks werden wedstrijden gehouden wie een voertuig, een kar, wagen of auto kon versieren. De Guernsey Steam Tramway Company deed daaraan ook mee in de ‘Battle of the Flowers’ en liet een van de trams, nummer 10, met groen en bloemen versieren. De tram staat op de postzegel geparkeerd op het beginpunt bij het standbeeld van Prins Albert in Saint Peter Port en staat op het punt te vertrekken richting Saint Sampson.

 

Tijdens de eerste jaren van de jaren ’30 daalde het passagiersverkeer van meer dan een miljoen per jaar tot minder dan de helft daarvan. Een financieel onderzoek wees uit dat trams 9 pence per mijl kostten, terwijl bussen daarentegen 5½ pence per mijl kostten. De omzet was gedaald en het bedrijf had sinds 1923 geen dividend meer uitgekeerd. Op vrijdag 9 juni 1934 viel het doek toen de laatste tram vertrok voor de laatste reis. Twee dagen later werd begonnen met de verwijdering van de bovenleidingen en rails en begon de verkoop van trams en de aanhangwagens. Op de postzegel is de laatste tram vlak voor vertrek afgebeeld.

 

Een prentkaart uitgegeven vóór 1934 laat een tram zien voordat de lijn werd opgeheven. De tram is te zien links van het standbeeld van Prins Albert, bij het gebouwtje met de witte pilaren. De afbeelding is naar een schilderij vervaardigd door Edith Frances Carey, schrijfster geboren in 1864 en overleden in 1935 en kunstschilder Henry Bowser Wimbusch, geboren in maart 1858 en overleden op 5 mei 1943.

Tramtickets heb ik helaas niet maar twee exemplaren zijn wel afgebeeld als vignet op de eerstedagenvelop. In het stempel is een tram afgebeeld naar voorbeeld van de postzegel van 39p. De serie postzegels, uitgegeven op 17 november 1992, werd ontworpen door Andie Peck en gedrukt door Joh. Enschedé te Haarlem. In november 2004 werden plannen bekendgemaakt om een deel van de tramlijn opnieuw aan te leggen en restanten van originele trams en wagons te restaureren. Daarnaast een replica te maken van enkele originele trams, waaronder de eerste stoomtram met de naam ‘Shooting Star’. Dit om toeristen aan te trekken. Een vereniging is opgericht die onder andere oud materiaal van de tramlijn, trams en wagons probeert te redden van de sloop of verlies. Zoals een oude tram die in gebruik is geweest als studio voor de kunstschilder William John Caparne. Hier kom ik in een andere blog op terug. Maar tot nu is van de plannen om de tramlijn nieuw leven in te blazen niets terecht gekomen.

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Schilderkunst



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (3 stemmen, gemiddeld: 5,00 uit 5)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Tags bij dit artikel

Reacties (0)

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)