Bijzondere bijzonderheden ontwerpster kinderzegels 1946 & 1960 - Postzegelblog

Bijzondere bijzonderheden ontwerpster kinderzegels 1946 & 1960

3

NVPH 471 - Kinderzegel 1946 Ruim honderd jaar geleden is in mijn woonplaats Beetsterzwaag Jeanne Bieruma Oosting op jeugdige leeftijd haar artistieke carrière begonnen. Op jonge leeftijd dwaalde ze met schetsboek, potlood en kleurtjes in de bossen en op de landerijen van de buitenplaats Lauswolt van opa Reinhard Baron Harinxma thoe Slooten rond. Hier kreeg de freule oog voor de boom-, bloem-, vogel- en waterrijke natuur van het Âlddjip om die op artistieke wijze op papier vast te leggen.

Bronnenonderzoek

Dé aanleiding om juist nu over de ontwerpster van kinderpostzegels 1946 en 1960 Jeanne Bieruma Oosting een artikel te schrijven wordt veroorzaakt door de recente verschijning van het boek ‘Geen tijd verliezen’ van auteur Jolande Withuis. De schrijfster heeft in 1990 de 92-jarige freule al eens bezocht: “Bel me ‘s morgens voor achten, anders stoor je me in ‘t werk!”
Na haar overlijden heeft Withuis de biografie over de kunstenares samengesteld en daarvoor haar archief met duizenden brieven, aantekeningen en bijzonderheden doorgespit.
Bijzonderheden als conservatieve adellijke familie-opvattingen, sekse vooroordelen en kunstkritieken zijn hiermee ruimschoots en gevarieerd bekend geworden.

Artistieke start van aristocratische dame!

De kunstenaar Jeanne Bieruma Oosting (1898 – 1994) is de oudste dochter van Jan Bieruma Oosting [jurist] *) en Adriana Van Harinxma thoe Slooten. De in Leeuwarden wonende Jeanne logeerde in haar kindertijd ‘s zomers bij haar opa (Reinhard Baron Harinxma thoe Slooten) op het landgoed Lauswolt in Beetsterzwaag.
Op deze buitenplaats kwam het drukke ongeorganiseerde meisje (als buitenbeentje van het gezin op jonge leeftijd in aanraking met planten en dieren in de bosrijke natuur met het Âlddjip (Koningsdiep).
Op 11-jarige leeftijd kreeg ze een aquareldoosje, waarmee ze haar eerste landschapjes schilderde. Alles wat pootjes, schubben, bloemen, bladeren of veren had, kreeg haar volle aandacht.


Haar ouders (conservatief-dominerende vader en wispelturige en bedilzuchtige moeder) zagen niets in het kunstenaarschap, waarmee ze in hun ogen haar huwelijkskansen zou verspillen: “Juffrouw / freule Jeanne was getrouwd met de kunst en kon geen twee heeren dienen.”
Ze gaat niet naar school, krijgt privéles. Niet te veel, want “kennis maakt je onaantrekkelijk voor een huwelijkskandidaat!” Toch weet ze een kunstenaarsopleiding (met ‘hulp’ van haar moeder, die ze bekritiseert!) zwaar te bevechten.

Criticus Ed Wingen karakteriseert Jeanne Bieruma Oosting in De Telegraaf (1978): “Ze is heel uniek eigenlijk, een echte ‘Frieçaise’. Of zoals zij het ook zelf wil laten weten: “Ik ben Latijn van geest en Fries van lichaam.”

Bron: Landgoed Lauswolt Beetsterzwaag

Op een berekende plaats is het landhuis Lauswolt in het midden van het schilderij op de horizon terechtgekomen. Aan weerskanten van het symmetrische gebouw is de bospartij ongeveer even groot. Qua opzet en uitvoering geeft dit schilderij rust, overzichtelijkheid én harmonie, die overeenkomen met de statische maatschappij en het levenspatroon aan het begin van de 20e eeuw.

Met de horizon in het midden krijgt de natuur links, boven, rechts en onder het landhuis volop aandacht van de schilder. Het huis is voor een deel zichtbaar aanwezig, waardoor toch enig levendig leven in dit schilderwerk is ontstaan.

Ze werkt volgens de impressionistisch stijl (critici: “Vluchtig werk!”). Ze schilderde bloemen, stillevens, haar leefomgeving, interieur en uitzicht. Na 1945 ontstaat haar bekendheid door vrolijk kleurgebruik, helderheid en stilering.

*)
Nog enkele merkwaardige bijzonderheden:
a) Tot 1956 waren gehuwde vrouwen bij de wet handelingsonbekwaam, waardoor zijn vrouw niet over haar familiefortuin kon beschikken. Dat vermogen gebruikte hij echter wel voor het onderhoud van landgoed Oranjestein in Oranjewoud (Heerenveen) van zijn familie! Dochter Jeanne verblijft onder armoedige omstandigheden elf jaar in Parijs. De andere dochter werd wel financieel rijkelijk verzorgd!
b) Vader Jan is een sterk behouden representant van de Friese adel van de vorige eeuw. Hij frustreerde voortdurend de artistieke ambities van zijn dochter: “Een dame van stand dient maar één doel in het leven te koesteren, namelijk een heer van stand trouwen en kinderen (jongens) baren!”
c) Kunstenares worden was bijzonder ongebruikelijk voor een vrouw en vooral voor iemand van adel-aristocratische afkomst!

Draaimolen-postzegels

NVPH 471 - Kinderzegel 1946
In 1946 krijgt Jeanne B.O. als eerste vrouw de opdracht een kinderpostzegelemissie ‘Jongen te paard in draaimolen’ (nvph 469/73) in gestileerde uitvoering én contrastrijke licht-donkere kleurtegenstelling te ontwerpen. Boven de jongen bevindt zich een strook gegolfd zeildoek met verdikte rand.
Door de draaisnelheid van de molen naar rechts wappert het haar en zijn sjaal om de hals levensecht naar links (levendige suggestie van dynamiek, vaart en beweging). De tekst ‘Voor het kind’ ontbreekt voor het eerst op kinderzegels. De bijslag staat geheel onderaan op de witte ondergrond.


Van ruwe schetsen naar een meer uitgewerkte schets, waarin contrast beter doorwerkt, gestileerd en helder is gerealiseerd. Deze voorontwerpafbeeldingen zijn afkomstig uit Handboek Postwaarden Nederland (C45).

Auteur Jolande Withuis besteedt in haar boek enige ruimte aan deze emissie: “Het onwezenlijke kinderhoofdje op de kinderzegels 1945 zijn slecht gevallen bij de filatelisten. Omdat Jeanne kinderen “vreugde en zwier, vrolijkheid en onbevangenheid” gunde, tekende ze een jongen op een draaimolen. Deze tekening was en “verademing” voor de liefhebbers.

Kinderzegels 1946, 1938, 1939 en 1940

Jeanne Bierma Oosting: “De kinderen op voorgaande kinderzegels waren tot dan toe toonbeelden van ingetogenheid, zo niet somberheid!”

Klederdrachten-postzegels (nvph 747/51)

Harry Pot / Anefo, CC0, via Wikimedia Commons

Jeanne Bierma Oosting is ter voorbereiding op het onderwerp grondig te werk gegaan. Ze heeft in Hindeloopen, Bunschoten, Huizen, Marken en Volendam rondgedwaald om de kinderen in levenden lijve te aanschouwen, platenboeken bestudeerd en in het Openluchtmuseum in Arnhem de klederdrachten op details bekeken.

NVPH 747 - Kinderzegel 1960NVPH 748 - Kinderzegel 1960NVPH 749 - Kinderzegel 1960
NVPH 750 - Kinderzegel 1960NVPH 751 - Kinderzegel 1960

De jeugdige draagsters van klederdrachten (en dan met name de hoofdtooi) staan er met contouren omgeven vlakjes tegen een egaal gekleurde achtergrond letterlijk gekleurd op. Twee kinderen zijn frontaal afgebeeld en drie anderen en profiel (twee naar rechts & één naar links).

Papierverschil

De vijf kinderzegels 1960 zouden op uit Engeland geïmporteerd gecoucheerd papier gedrukt worden (geelachtig & dik papier). De op het papier aangebrachte strijklaag op de papierbaan verbetert de drukkwaliteit. De voorraad papier bleek echter onvoldoende te zijn.
Op de vierkleurenpers bleek het papier te zwak van ‘body’. De papierbaan brak al maar af, wat niet alleen vertraging gaf, maar ook groot papierverlies. Voor de 4 en 12 cent postzegels met de grootste oplagen is om ellende te voorkomen niet-gecoucheerd Nederlands papier gebruikt (wit & dun papier).

Perforatieverschil

De peroratiegaten van de 6, 8 en 30 cent kinderzegels op gecoucheerd papier hebben grote gaten, terwijl de 4 en 12 cent kinderzegels kleine gaten bezitten. De brug tussen twee gaten is bij deze twee postzegels groter, waardoor het scheuren van de postzegels iets moeilijker gaat.

Kleuren

Voor deze kinderzegelemissie zullen voor de eerste keer in de kinderpostzegel-geschiedenis de kinderzegels in vier kleuren verschijnen.


Buiten de vijf op de postzegels afgebeelde, jeugdige bewoonsters heeft de ontwerpster zelfs ook nog Staphorst volgens bijgaand schetsontwerp bezocht.

Schrijfster Jolande Withuis besteedt in haar boek weinig aandacht aan deze kinderen met een regionale hoofdtooi op hun kleurrijke kinderkopjes: “De machtige firma Joh. Enschedé heeft met zijn strikte regels artistiek gekortwiekt!” Hoogstwaarschijnlijk heeft ‘kortwieken’ betrekking op het wél en niét gebruik van gecoucheerd papier. Ontwerpster Jeanne Bieruma Oosting heeft vóór het echte drukproces proefdrukken van de vijf kinderzegels gezien op het gecoucheerde papier. Uitstraling van de postzegels is in de ogen van ontwerpster voor een deel ondermaats geweest.

Artikel 7 augustus 2016

NVPH 747 tn

 

* Zie ook ‘Kinderzegels 1960: kinderzegelkinderen in streekdrachten’ van 7 augustus 2016.

 

 

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Thematisch Nederland Nederland Kinderpostzegels



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (4 stemmen, gemiddeld: 4,50 uit 5)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Bate Hylkema schrijft vanaf 1980 artikelen over filatelie en woont in het Friese Beetsterzwaag.

Reacties (3) Schrijf een reactie

  • Jeanne Bieruma Oosting, geen tijd verliezen - Wilma Takes a Break op 4 februari 2022 om 14:00

    […] Het boek staat boordevol leuke details, zoals het feit dat Oosting de eerste vrouw is die een kinderpostzegel mag ontwerpen (1946). Op de draaimolenpostzegel zie je een vrolijk kind op een draaimolenpaard. Oosting zegt hierover dat de kinderen nu wel ‘wat vreugde en zwier, vrolijkheid en onbevangenheid gunt’ (p.246). Lees hier meer details over haar postzegelontwerp;  […]

  • Bate Hijlkema op 4 februari 2022 om 16:30

    Ik ben bijzonder ingenomen met uw reactie. Als blog-schrijver over de schilderes zou ik dat boek zelf graag willen inzien en lezen om de aantrekkelijke details. Wat zijn de titel van het boek en de naam van de schrijver?
    Mijn adres is batehijlkema@ziggo.nl

  • willem hogendoorn op 5 februari 2022 om 14:20

    @Bate: Klik op de titel van de reactie en je weet alles

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)