Waardoor bent u filatelist geworden? - Postzegelblog

Waardoor bent u filatelist geworden?

15

NVPH 1309 - Filacento - Oog met loupeOndanks talrijke verschillende invalshoeken van het verzamelen van postzegels met veel persoonlijke specialisaties, bezitten alle verzamelaars en filatelisten toch één overeenkomst, namelijk de start van het postzegelvergaren. Bij iedere filatelist heeft een pré-periode bestaan, waarin de postzegel niet bestond. Op een gegeven moment wordt de postzegel met kartelrand toch gezien en ontdekt. Je weet van het bestaan ervan en je ziet (en ervaart) door verscheidenheid in kleur, afbeelding en formaat ook de aantrekkelijkheid van de postzegel. Daarmee is het begin van een aanstekelijke hobby, het ‘postzegel verzamelen’, bij velen begonnen.

De start op school

De aanleiding, de reden of de start ervan, hangt dikwijls samen met activiteiten op de lagere school (basisschool), die op een bepaald moment door velen op school vroeger werden bedreven: lucifersmerken, sigarenbanden, postzegels of suikerzakjes verzamelen. Het zijn steeds populaire, goedkope en klein formaat ‘gebruiksvoorwerpen’, opvallend door verscheidenheid in kleur, tekst en/of uitvoering.
Afgezien van de aangehaalde traditionele ‘schoolactiviteiten’ kennen ook veel filatelisten hun ‘persoonlijke-postzegel-verzamel-start’. Een tweetal aansprekende en op tekst gestelde start-voorbeelden daarvan vond ik recentelijk in de veilingcatalogi van Corinphila Veilingen BV uit Amstelveen (Corinphila-uitgave Edition d’ Or).

Filatelist Gerard van Welie

Afbeelding: Corinphila Veilingen

Gerard van Welie begon, zoals menig fervent filatelist al jong met het verzamelen van postzegels. Daarbij werd hij gestimuleerd door zijn oma. Haar in het Jappenkamp overleden man was ook zo’n fanatieke verzamelaar.
Zijn grootouders hadden voor de oorlog in Zwitserland gewoond. Oma had nog veel vriendinnen daar, waarmee ze correspondeerde. Daardoor kreeg de jonge Gerard een aardige voorraad van die blauwe Pro Patria- en Pro Juventute-postzegels, waarvan de dubbelen op de Zwolse postzegelmarkt gretig aftrek vonden.
In het begin werd de hele wereld verzameld, later werd een Davo-album gevuld uit de opbrengst van die Zwitserse postzegeltjes. Maar Gerard zag dat zijn buurman precies hetzelfde verzamelde en die ernaast woonde ook al. En dat er ook nog eens hele dure postzegels waren, die hij toch niet kon kopen. “Dat is niet leuk, ik moet iets anders verzamelen”, dacht Gerard. In de Europese catalogus van Yvert keek hij na welk Europees land wel een serieus verzamelgebied was zonder zulke kostbare postzegels, zoals onze tien guldens oranje.

Afbeelding: Corinphila Veilingen

Dat werd Denemarken. Dat land had een heleboel relatief goedkope zegeltjes op een heel enkele uitzondering na. Gerard werd toen lid van de Filatelisten Vereniging Skandinavië en ontdekte daar het verzamelen van poststukken. Als een van de eerste legde hij een collectie aan gebaseerd op de posttarieven en ging meedoen aan tentoonstellingen. Na hier in Nederland gescoord te hebben, deed hij als jonge dertiger met zijn tarievenverzameling mee op de Stockholmia 1986, Hafnia 1987 en Filacept 1988.
De heer Van Welie is later zich gaan specialiseren als filatelist in de eerste emissies van Nederland. Een deel van deze collectie is op de 242e veiling van Corinphila Veilingen BV ingezet.

Filatelist Hotze Wiersma

Afbeelding: Corinphila Veilingen

“In 1954 woonde ik met mijn ouders, broers en zus in Kollumerzwaag in de buurt van Dokkum. Het jaar 1954 is een bijzonder jaar, want tussen 754 en 1954 zitten precies twaalf eeuwen. Voor PTT vormde dat aanleiding om een speciale postzegel uit te geven. Blauw en wit met de frankeerwaarde van tien cent. Het is een gestileerde afbeelding van een monnik met een kap. Voor mij als achtjarige was het een vreemd plaatje, zo iemand kwam ik in ons dorp op straat nog nooit tegen.” In juni van datzelfde jaar bezochten koningin Juliana en prins Bernhard de Bonifatiuskapel in Dokkum ter gelegenheid van de Bonifatius-festiviteiten en daar was Hotze uiteraard ook bij.

NVPH 646 - Bonifatius

Ik stond tussen de honderden belangstellenden ook voor de kapel. Die avond had mijn vader een verrassing voor mijn oudere broer en mij. Hij vertelde dat de buurjongens postzegels verzamelden en ruilden. Hij vroeg ons: “Willen jullie dat ook? Dat is goed voor jullie kennis van aardrijkskunde en over andere volken van de hele wereld.” Daarop haalde hij (om ons enthousiast te maken) zijn houten postzegeldoosje uit z’n bureau tevoorschijn. Daar zaten al een paar postzegels in met de afbeelding van deze voor mij nogal vreemd uitgedoste persoon met de naam Bonifatius.

Afbeelding: Corinphila Veilingen

Na verloop van tijd kreeg ik een DAVO-album met hokjes-bladen, maar het lukte me niet om het vol te krijgen. De intentie om het album te completeren verdween achter de horizon. Toen de voetbalsport op een gegeven moment vat op de jonge Wiersma kreeg, verdwenen de postzegels naar zolder om daar tot de tachtiger jaren van de vorige eeuw te blijven liggen.
Toen de postzegels weer tevoorschijn kwamen, verlegde Hotze zijn interesse spoedig naar de voorfilatelie. “Eigenlijk is zo’n vouwbrief met verschillende aanduidingen in krijt of potlood en met één of meer stempels veel spannender dan een postzegel. Het zijn puzzeltjes, die me boeien en die ik graag wil oplossen”, aldus Hotze Wiersma, die dankzij zijn vader en dankzij Bonifatius tenslotte ook een echte filatelist is geworden.
De heer Wiersma is later zich gaan specialiseren als filatelist in de EO-filatelie. Een deel van deze collectie is ook op de 242e veiling van Corinphila Veilingen BV ingezet.

Welke oorzaak/reden heeft u tot filatelist gemaakt?

Wellicht vraagt u zich na het lezen van het verhaal van beide ‘postzegelstarters’ ook af: “Wat is voor mij ook alweer de aanleiding geweest dat ik me met postzegels ging bemoeien, dat ik de aantrekkelijkheid van de postzegel heb ontdekt en dat ik me steeds meer op de postzegel ben gaan richten?”

NVPH 1459 - Kinderzegel postzegels verzamelen

Aanleiding, reden en/of veroorzaker van uw ‘postzegel-verzamel-start’ zou ik graag per mail van willen ontvangen. Ik ben van plan alle reacties op redelijk korte termijn voor een postzegelblog-artikel te bundelen, waardoor u ongetwijfeld zult zeggen: “Ik heb niet verwacht dat de variatie zo groot en divers zou kunnen zijn.”
De zojuist gehoorde reactie: “Ik kan mijn postzegelstart veel beter verwoorden dan beschrijven in een mail”, moet geen beletsel zijn. In samenspraak zal uw ‘belevenis’ ongetwijfeld toch nog een aantrekkelijk verhaal kunnen opleveren, dat door anderen bijzonder gewaardeerd zal worden.

Geachte postzegelblog-lezers bij voorbaat dank voor uw aandacht, voorbereidingstijd en . . . medewerking. Ik kan u verzekeren dat u versteld zult zijn waardoor een verzamelaar uiteindelijk een filatelist is geworden. Mijn e-mailadres is batehijlkema@ziggo.nl.

Naam EO-filatelie met een vraagteken

Filatelisten die zich bezighouden met het bestuderen van poststukken uit de tijd dat er nog geen postzegels waren, houden zich intensief bezig met de EO-filatelie. In die tijd was een brief nog een dichtgevouwen vel papier. Enveloppen bestonden toen nog niet. In de tekst van de brief kan informatie staan over de achtergronden en wijze van verzenden van de vouwbrief. Lakzegels, stempels en aantekeningen op de buitenkant van de vouwbrief helpen terdege soms daarbij.
Zoals vermeld, wordt deze verzamelspecialisatie van poststukken EO-filatelie genoemd. Daarbij vraag ik me af: “Van welke twee woorden zijn de letters ‘E’ en ‘O’ de afkorting?” Veilinghouder Bouscher die ik kortgeleden de vraag stelde, antwoordt: “Al mijn collega’s gebruiken al decennialang de term EO-filatelie, maar niemand lijkt de herkomst van de afkorting ‘EO’ te kennen.” Wikipedia en Google kunnen me ook niet helpen.
Vandaar dat ik u de vraag voorleg: “Wie van de postzegel-bloglezers beschikt over deze informatie en wil die via een reactie aan mij en alle bloglezers laten weten? Alvast bij voorbaat dank voor uw tijd, aandacht en . . . medewerking.”

NVPH 1311 - Filacento - Verenigingsbijeenkomst in 1949

Afbeelding: B. Hylkema

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Nederland



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (8 stemmen, gemiddeld: 4,50 uit 5)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Bate Hylkema schrijft vanaf 1980 artikelen over filatelie en woont in het Friese Beetsterzwaag.

Reacties (15) Schrijf een reactie

  • Cees op 29 september 2019 om 09:04

    Waarschijnlijk is de term eo-filatelie net zo onzinnig en gekunsteld als de termen ‘Feanco in kastje’ en de lettertypen ‘Grotesk’ en ‘Egyptisch’. Voor wat betreft de laatste twee termen weet geen drukker wat ermee wordt bedoeld. En het lettertype komt ook niet voor in de computer. Waarom niet spreken over letters met of zonder schreven? Dat is de formele term. En een kastje heeft bij mij deurtjes! De formele benaming, indertijd ook gebruikt door de PTT, is Franco met omranding. Voor e0-filatelie kan men toch eenvoudig een tijdvak noemen? Dus voor Nederland: periode voor 1852 en voor Engeland voor 1840. En de ongefrankeerde brieven van na die periode kan men toch als zodanig benoemen? Ongefrankeerd in tegenstelling tot gefrankeerd.

  • Lars op 29 september 2019 om 15:28

    Wat Eo (niet EO) betekent staat gewoon op Wikipedia.
    https://nl.wikipedia.org/wiki/Eofilatelie
    Oudgrieks: ἠώς (ḗōs) = dageraad

  • Cees op 30 september 2019 om 16:03

    @Lars, wat is dan de binding tussen ‘dageraad’ en ‘filatelie’? De periode vlak voordat de zon opkomt?

  • bate hylkema op 30 september 2019 om 16:59

    Dageraad of ochtendgloren is de periode voorafgaand aan de zonsopkomst.
    Eo-filatelie is de periode voorafgaand aan de uitgifte van de eerste postzegelemissie van een land. In Nederland was dat 1852.

  • A. Haan op 30 september 2019 om 19:27

    eo- is een uit het Grieks afkomstig voorvoegsel dat betekent “dageraad” of “vroegste”. Het tijdvak “eolithicum” is op de zelfde manier aan zijn naam gekomen. Dus helemaal geen afkorting.

  • Cees op 1 oktober 2019 om 07:13

    Voor mij blijft het een onzinnige uitdrukking. Dageraad is schemergebied, en daarvoor is het duisternis. behoren poststukken zonder postzegels dan tot het schemergebied? Er is inderdaad nog veel te ontdekken door de bestudering van gefrankeerde en ongefrankeerde poststukken zonder postzegel aan de hand van stempelafdrukken en met de pen aangebrachte aantekeningen, maar om dat ‘dageraad’ te noemen gaat mij te ver.

  • René Hillesum op 1 oktober 2019 om 11:02

    Hoewel ik zelf ook het liefst de termen schreefloos en met schreven gebruik voor lettertypen, bestaan groteske en Egyptische lettertypen wel degelijk. Om die termen af te serveren als ‘onzinnig’, is natuurlijk onzinnig, evenals dat de maatstaf zou zijn dat ze op de computer niet voorkomen.

    Om met dat laatste te beginnen: op vrijwel geen computer zullen exact dezelfde lettertypen geïnstalleerd zijn om de simpele reden dat er nogal wat programma’s zijn die een of meerdere lettertypen installeren. Bovendien kunnen de meeste lettertypen gewoon op een computer geïnstalleerd worden, al dan niet aangekocht.

    En dan de drukker. Ook de drukker werkt natuurlijk al vele jaren met een computer, dus ook daar kan ieder lettertype geïnstalleerd en gebruikt worden. De tijd van het loodzetten ligt ver achter ons! Een drukker drukt in principe en dat gebeurt vanaf een pdf. Ieder lettertype – ook de meest vreemde tekens of geschriften – kunnen moeiteloos gedrukt worden mits de pdf de juiste specificaties heeft. En mocht de drukker ook de pdf nog in elkaar moeten zetten en de klant vraagt om een groteske of Egyptische letter, dan weet hij uiteraard waar hij die kan kopen: http://www.linotype.com (of anderen).

  • Jannie op 2 oktober 2019 om 23:21

    Een drukker heet toch tegenwoordig een printer? Je zou ook kunnen zeggen dat een printer eigenlijk een drukker is, in de dageraad. Uit de periode voor het licht werd. Jammer dat er op deze site geen kinderen kijken die geen postzegels verzamelen, ik zou het wel interessant vinden om te weten waarom kinderen géén postzegels verzamelen. Verder vind ik dat postzegels verzamelen verboden zou moeten zijn voor kinderen onder de 18 jaar. Voor de dageraad. Dat zou pas een positieve impuls zijn voor het verzamelen van zegels, het mag niet!

  • Cees op 3 oktober 2019 om 10:42

    De termen ‘grotesk’ en ‘Egyptisch’ worden in de filatelie gebruikt bij het onderscheid tussen twee stempelsoorten die door de Rijksmunt in Utrecht zijn gebruikt bij de productie daarvan. Het heeft dus niets te maken met een (boek)drukker. Maar wel met een stempelsnijder of stempelgieter. Inderdaad bestaan enkele soorten lettertypen met de aanduiding ‘grotesk’ maar dat was rond 1852, bij de invoering van de postzegel, nog niet aan de orde. Vroeger werden schreefletters ook wel ‘egyptiennes’ genoemd, zoals het huidige lettertype ‘courier’. Schreefloze letters werden ook wel ‘helvetica’ genoemd zoals het huidige type ‘arial’. Mijn voorkeur blijft dus uitgaan naar de termen ‘schreefloos’ of ‘met schreven’.

  • René Hillesum op 3 oktober 2019 om 19:08

    Het lijkt mij juist de suggestie met een bronvermelding te staven als zou rond 1852 de benoeming van de lettertypen al grotesk en Egyptisch geweest zijn.
    Ik laat mij graag verrassen!

    De groteske letter bestaat sedert 1893 de Egyptische sedert 1897 http://www.klingspor-museum.de/KlingsporKuenstler/Schriftgiessereien/Haas/Haas.pdf http://www.identifont.com/year?1898

    Zouden filatelisten werkelijk de term eerder geïntroduceerd hebben dan de letterontwerpers?

  • Cees op 4 oktober 2019 om 08:07

    Het begint naar mijn mening een beetje flauw te worden. Als iemand de, zoals ik het zie, ouderwetse termen van voor de Eerste Wereldoorlog wenst te gebruiken als ‘Grotesk’ en ‘Egyptisch’, dan is dat zijn of haar goed recht. Maar enige modernisering van het ‘filatelistische’ taalgebruik kan denk ik ook geen kwaad en houd ik het op ‘schreefloze letters’ en ‘letters met schreven’.

  • René Hillesum op 4 oktober 2019 om 17:27

    Over een ding zijn wij het eens, want ik schreef:

    ‘Hoewel ik zelf ook het liefst de termen schreefloos en met schreven gebruik’

    Betwijfel of de termen grotesk en Egyptisch al van voor de Eerste Wereldoorlog dateren.
    Ben benieuwd naar de bron voor dee bewering.

  • Cees op 5 oktober 2019 om 06:50

    Zie eerdere geplaatste verklaring: De groteske letter bestaat sedert 1893 de Egyptische sedert 1897 http://www.klingspor-museum.de/KlingsporKuenstler/Schriftgiessereien/Haas/Haas.pdf http://www.identifont.com/year?1898. Lijkt me van voor de Eerste Wereldoorlog van 1914-1918.

  • René Hillesum op 5 oktober 2019 om 07:21

    Volgens mij ging de discussie over het gebruik van de benaming van de lettertypen grotesk en Egyptisch in de filatelie en niet over het ontstaan van de lettertypen.
    Wacht dus nog steeds op de bronvermelding als zou dat voor de Eerste Wereldoorlog al in gebruik geweest zijn zoals beweerd.

  • Cees op 5 oktober 2019 om 08:15

    Het is voor mij volkomen onbelangrijk wie voor het eerst de benamingen in de filatelie gebruikte. Korteweg of Vellinga of een ander, voor mij maakt dat niets uit en is dan ook geen discussie waard. Daar laat ik het bij.

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)