In de oude nummers van het voormalige ‘Nederlandsch Maandblad voor Philatelie’ kan men heel veel gegevens terugvinden over de in die jaren verschenen postzegels. Zoals in het eerste nummer van het jaar 1926: ‘Even voor het verschijnen van dit nummer verrast de heer A. van der Voet te Paramaribo ons met een viertal nieuwe opdrukken voor deze kolonie, uitgegeven op 19 december j.l. (1925!).

Het zijn de volgende:
3 op 5 cent, groen, opdruk zwart.
10 cent op 12½ cent, rood, opdruk zwart.
15 cent op 20 cent, blauw, opdruk zwart.
15 cent op 12½ cent, blauw, opdruk rood.
In het volgende nummer hopen wij uitvoeriger berichten te kunnen verschaffen en tevens de opdruktypen af te beelden’.        De melding van nieuwe uitgiften verliep toen dus ook niet zo vlot!

In het volgende nummer van het maandblad werden inderdaad de afbeeldingen opgenomen van drie van de vier zegels. Daarbij werd vermeld: ‘Wij vonden de volgende oplaagletters: 3 op 5 cent letter A; 10 op 12½ cent letter A; 15 op 12½ cent I en 15 op 20 cent letter A. De firma Keiser te ’s-Gravenhage bericht, dat de 10 op 12½ cent een vrij geringe oplage heeft. (De vroegst bekende datum van gebruik is 13 januari 1926, behalve van de 10 op 12½ cent, die al op 22 december 1925 op een brief voorkwam).

In vette letters wordt vervolgd: ‘De heer Van der Voet zendt ons nog drie andere opdrukzegels dan de hierboven afgebeelde, namelijk:
12½ cent op 22½ cent oranje, opdruk donkerblauw.
12½ cent op 40 cent portzegel lila en zwart, opdruk blauw.
12½ cent op 40 cent portzegel lila, opdruk zwart’.
De uitgiftedatum van de drie zegels was 8 januari 1926 (de vroegst bekende datum van gebruik is ook hier 13 januari 1926). Verder werd ingegaan op de twee typen opdrukken die voorkomen bij de zegels van 3 cent en de 10 cent. Precies zoals in de catalogus is vermeld.

In eerste instantie wilde de Surinaamse Administratie van Financiën de oplagecijfers van de opdrukzegels niet verstrekken. Toch lukte het de heer Van der Voet om deze te bemachtigen. Daarbij werd aangetekend, dat de oplagecijfers nog moesten worden verminderd met de toegezonden aantallen naar de UPU. Dit ingevolge artikel 82, § 1, letter b van het Reglement van Uitvoering van het Algemeen Postverdrag. Van elke waarde waren dat 413 stuks. Verder werden aan het Ministerie van Koloniën nog 25 stuks van iedere waarde afgestaan.
De verkochte aantallen (deze wijken dus af van de aantallen in de Speciale Catalogus van de NVPH) waren als volgt:    Uitgegeven op 19 december 1925:
3 cent op 5 cent: 174.612
10 cent op 12½ cent: 64.482
15 cent op 12½ cent: 244.560
15 cent op 20 cent: 119.482
Uitgegeven op 8 januari 1926:
12½ cent op 22½ cent: 8.900
12½ cent op 40 cent port (zwart cijfer): 24.455
12½ cent op 40 cent port (eenkleurig): 9.560
Van de opdrukken op de portzegels bestaan verschillende typen en varianten. Deze zijn vermeld in de Speciale Catalogus van de NVPH. Met bovenstaande ‘verkochte aantallen’ en data van uitgifte kunt u de catalogus aanvullen. Wellicht dat de catalogus-commissie deze in een volgende druk overneemt? We zullen het zien, maar nog niet in dit jaar!

Klik hier om deze zegels in onze webwinkel te bekijken.

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
• Historisch • Nederland

Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

(2 stemmen, gemiddeld: 4,50 uit 5)

Laden...