Vieze stempelafdrukken - Postzegelblog

Vieze stempelafdrukken

6

Je komt ze wel eens tegen. Postzegels met een afdruk van, het lijkt wel, een rubberen schoenzool. Zo’n postzegel bewaar je natuurlijk niet. Het ziet er vies uit. Maar heb je wel eens nagegaan hoe een dergelijke afdruk is ontstaan? Nee, geen schoenzool!

Hier wordt het al iets duidelijker. Een postzegel geplakt op een, tja wat zou dit zijn? Een fragment van een adreskaart voor een binnenlands postpakket. Maar waarom zulke vette, vieze stempelafdrukken? In september 1924 werd besloten om bij wijze van proef gummi stempels aan te maken bestaande uit een verkorting van de plaatsnaam en met toevoeging van een nummer. De proef zou worden toegepast op adreskaarten van de binnenlandse pakketpostdienst. De reden was, dat de afdrukken van de metalen dagtekeningstempels op zegels, geplakt op pakketkaarten (model 38), vaak onduidelijk en nauwelijks leesbaar waren. Daardoor werd de controle bijzonder moeilijk. De proef werd op 15 januari 1925 op de postkantoren en bijkantoren van Amsterdam, ’s-Gravenhage, Rotterdam en Scheveningen begonnen.

De postkantoren, ofwel hoofdkantoren, kregen een stempel met daarin alleen de letters als verkorting van de kantoornaam: ASD voor Amsterdam, GV voor ’s-Gravenhage, RT voor Rotterdam en SV voor Scheveningen. De bijpostkantoren hadden een nummer.

Dit nummer werd achter de verkorting geplaatst. Als voorbeelden:

ASD 3 was het bijpostkantoor Linnaeusstraat, later Sarphatiestraat; GV 1 was het bijpostkantoor Balistraat, RT 12 het bijpostkantoor Ruigeplaatweg en SV 1 het bijpostkantoor Badhuisweg.

Deze stempelafdrukken waren wel anders dan de vieze afdrukken van Amsterdam waarmee ik ben begonnen. In totaal zijn tien verschillende typen te onderscheiden.

De tarieven in 1925 voor de verzending van postpakketten waren eenvoudig samengesteld. Het maximum gewicht voor een binnenlands postpakket was 5 kilogram. De verdeling was als volgt:

Van 0-1 kg: 40 cent; 1-3 kg: 50 cent; 3-5 kg: 60 cent. Het expresserecht was 40 cent.

De tarieven werden in oktober 1926 verlaagd met 10 cent. Daarom werden op pakketten meestal gefrankeerd met postzegels van 30 cent, 40 cent, 50 cent en 60 cent van het type Wilhelmina.

Maar ook andere waarden kunnen voorkomen om de tarieven te kunnen voldoen. Zoals uit de serie Jubileumzegels van 1923 of lagere waarden Koningin Wilhelmina.

De proef met de rubber pakketpoststempels duurde slechts twee jaar. In mei 1928 waren de stempels die gebruikt werden in Amsterdam, ’s-Gravenhage en Scheveningen al verdwenen, terwijl in Rotterdam nog enkele stempels in gebruik bleven. Maar ook daar werden ze snel ingetrokken.

Binnenkort zal op de website van de Nederlandse Academie voor Filatelie onder publicaties en inventarisatie poststempels het volledige overzicht worden opgenomen van alle kantoren die de stempels hebben gebruikt: www.nedacademievoorfilatelie.nl. Dus, als u zo’n vies gestempelde zegel tegenkomt, niet weggooien! Het geeft een beeld van de toenmalige postgeschiedenis.

 

 

 

 

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Historisch Nederland



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (4 stemmen, gemiddeld: 5,00 uit 5)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Reacties (6) Schrijf een reactie

  • Ramon op 3 februari 2015 om 22:54

    Leuk en interessant stuk over een stempel dat ik (nog) niet kende.

  • Emiel van Wezel op 12 februari 2015 om 08:06

    Interessant artikel! Je schrijft “Deze stempelafdrukken waren wel anders dan de vieze afdrukken van Amsterdam waarmee ik ben begonnen.” Is er dan een specifieke reden waarom juist het stempel van Amsterdam er als een grote inktvlek uit ziet? Slijtage? Kan bijna niet als deze stempels zo kort in gebruik zijn geweest. En waarom kwam er na twee jaar een eind aan de proef met deze rubber pakketpoststempels?

  • Cees op 13 februari 2015 om 10:39

    Emiel, het woord ‘proef’ zegt het al, waarschijnlijk heeft deze proef niet voldaan aan de verwachtingen. Inmiddels was een nieuw stempeltype in gebruik genomen, het zogenoemde handrolstempel. Dit stempel voldeed wel. Veelal te herkennen op afdrukken van postzegels of fragmenten door de vorm: meest type langebalk en buiten de cirkel deeltjes van de golflijnen. Dit handrolstempel werd ook gebruikt voor pakjes e.d.

  • John Veldhuis op 2 november 2020 om 15:36

    ik heb uit een boedel/erfenis een heel dik stockboek met “gummy” gestempelde zegels op briefstukjes verkregen.
    Geen idee van zeldzaamheid en /of waarde.
    kan iemand me iets vertellen?
    groet van John Veldhuis.

  • willem hogendoorn op 3 november 2020 om 21:36

    Je moet er vanuit gaan dat het weinig tot niets waard is. Loop eens bij een postzegelwinkel binnen en vraag daar of ze er eens naar willen kijken.
    Een optie is om het te doneren bij
    http://www.depostzegelvriend.nl
    Deze stichting is er voor de zieke en gehandicapte verzamelaars

  • paulv op 3 november 2020 om 22:32

    graag corrigeren:
    Sarphatiestraat
    moet zijn:
    Sarphatistraat

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)